Geworteld in Maasduinen

In het buitengebied van Afferden zijn we te gast bij Maatschap Lucassen. Het is begin september. De ochtendnevel wordt langzaam verdrongen door de zon, de eerste symptomen van de naderende herfst. Er breekt een drukke periode aan voor de broers Lucassen. Het is rooitijd, de vaste planten moeten van het land.

Het bedrijf van: Pieter (52), Sonja (50), Marcel (43), Angie (47)
Bedrijfsomvang: 50 ha vaste planten in vollegrond | 10 milj. planten, verdeeld over >700 soorten
In gesprek met: Pieter Lucassen

Geworteld in Maasduinen

Terwijl Pieter de koffie inschenkt begint hij te vertellen. “Ja ik ben deze week een druk man. Vandaag maak ik voor jullie tijd voor dit interview en vanmiddag mag ik naar Oirlo voor een informatiemiddag bij Salarispoint. En dat is nog niet alles deze week”, vertelt Pieter met enige trots.
“Morgen mag ik in Rotterdam ontbijten met de Minister van Landbouw, Carola Schouten. Onder het genot van een croissantje met kaas mag ik mee discussiëren over onze bodemgezondheid. Ik verheug me erop.

Samen met zijn broer Marcel vormt Pieter de derde generatie Lucassen op deze locatie in het Maasduinen gebied. Van oorsprong was het bedrijf een typisch gemengd bedrijf. Pieter vertelt: “In eerste instantie zou ik varkenshouder worden en ben daar ook voor opgeleid. Echter de wet- en regelgeving op basis van onze geografische locatie verlegde bij mij de focus al snel richting plantaardig in plaats van de veehouderij.”

De positieve feedback op de kwaliteit was voor ons de bevestiging om door te gaan

Pieter vertelt: “Daarom startten wij in 1989 met de teelt van dahlia’s. Dit vonden mijn vader en ik al gauw een eenzijdige teeltvorm en dus wilden we meer. De kracht van een gemengd bedrijf, dat van oorsprong vaak voorkomt op de zandgronden, is toch dat je meer risicospreiding hebt.
Gezien de aard van onze Maasduinengrond, deze is over het algemeen droger en schraler, was het noodzakelijk om meer gemengd te telen. Het grote voordeel van deze gronden is dat ze bijna altijd bereidbaar zijn en doordoor uitermate geschikt zijn voor de teelt van vaste planten. We zijn op zoek gegaan naar een groter assortiment planten die op onze zandgronden geteeld konden worden.
“In 1992 kregen we de kans om een partij van 10.000 vaste planten in de vorm van Astilbe te kweken voor een potplanten kweker. De positieve feedback op de kwaliteit van onze geleverde producten, was toen voor ons de bevestiging om verder te gaan met de kweek van vaste planten,
met name Astilbe.”

Deze keuze is juist gebleken, want inmiddels is de kwekerij doorgegroeid tot een wereldspeler van formaat in de vaste planten sector met 700 verschillende soorten en ruim tien miljoen planten in omloop.

Het begin van de vrije verkoop

Vader Lucassen stierf in 1995. Broer Marcel besloot na de dood van zijn vader, toen hij zijn opleiding had afgerond, om ook in het bedrijf te stappen. De broers hebben destijds samen een unieke partij planten opgekocht die bedoeld was voor
de Canadese markt.
Omdat dit een uniek assortiment was, zagen ze kans dit zelf te vermarkten. Dat was het begin van de vrije handel voor de maatschap.Sinds dat moment kwamen er logischerwijs meer en meer klanten op onze kwekerij. Ze waren onder de indruk van ons unieke assortiment en de kwaliteit van de planten. En zo praatte zich al snel rond dat er bij Maatschap Lucassen mooie planten te koop waren”, vertelt Pieter trots.

Groot assortiment

Door de grote aanloop en de goede mond-tot-mond reclame wisten vanaf die periode ook diverse plantveredelaars de weg naar ons te vinden.

Pieter: “Zij stelden ons de vraag of wij hun planten wilden opkweken en verkopen. In ruil hiervoor wilden de veredelaars dan wel royalties voor hun plant. Daardoor kregen we gaandeweg de beschikking over een bijzonder en groot assortiment en dit had al gauw een sneeuwbaleffect op meerdere fronten.”

Zij stelden ons de vraag of wij hun planten wilden opkweken en verkopen.

Internationale contacten en handel

“In 2007 zijn we genomineerd voor Agrarisch Ondernemer van Nederland. De exposure rondom dit evenement zorgde er mede voor dat we toendertijd in drie jaar tijd onze omzet hebben verdubbeld.
De Floriade in Venlo (2012) volgde gauw genoeg daarop en door het inmiddels gegroeide netwerk mochten wij participeren in een kwekerscollectief. Zodoende hadden we met ons bedrijf een mooi internationaal podium te pakken. De nieuwe contacten die we daar hebben opgedaan hebben ertoe geleid dat we inmiddels voor veel buitenlandse klanten mogen kweken en produceren. Daarbij werken we overigens wel samen met gespecialiseerde exporteurs.

Wij zijn het liefst betrokken bij de kwekerij en doen daar waar wij goed in zijn.”
“Inmiddels gaat 70-80 procent van onze productie naar het buitenland. Daarvan wordt ruim 40 procent naar Amerika verscheept en de rest van de internationale handel wordt verdeeld over landen in Azië en Europa, licht Pieter toe.

Biologisch in plaats van chemie

Pieter benadrukt: “Er is het afgelopen jaar veel geschreven over de wereldwijde terugloop van insecten en het belang van biodiversiteit. Het mooie is dat ons bedrijf lokaal bijdraagt aan een sterke verbetering van de biodiversiteit. Omdat onze plantensoorten van nature enorm veel insecten aantrekken is het insectenaantal op onze arealen bijzonder hoog.”
“Het helpt daarnaast ook wel dat ik een voorstander ben van minder chemie, door juist te kiezen voor plantversterking met biologische middelen. Mijn persoonlijke focus ligt daarbij al jaren specifiek op een maximale bodemgezondheid van onze gronden. Uiteraard heb ik alle kennis over de beste aanpak niet allemaal zelf in huis! Daarvoor zoeken we continu de samenwerking met externe partijen om op dit vlak te pionieren.”
“Vitelia Agrocultuur en met name verkoopadviseur Pascal Kleeven is hierin voor ons een zeer belangrijke sparringpartner. Niet alleen hun producten maar vooral hun kennis is echt een toegevoegde waarde voor onze kwekerij. Denk daarbij aan grondmonsters, mineralenadministratie en verwerking, maar ook het interne en externe netwerk waar Vitelia Agrocultuur uit kan putten met de focus op kennisdeling.”

Het mooie is dat wij lokaal bijdragen aan een sterke verbetering van de biodiversiteit

Trots op…

Pieter: “Jaarrond draait onze organisatie op ongeveer 25 fte medewerkers. Als ik zie hoeveel werk wij verzetten met dit kleine gedreven team, dan maakt mij dat wel trots.”

“Daarnaast werken wij in de vakantieperiodes met schooljeugd uit de regio en hebben we diverse lijntjes met bijvoorbeeld de gemeente om arbeidskansen te creëren voor mensen die het om diverse redenen lastig hebben in onze maatschappij. Wij nemen onze maatschappelijke rol serieus. Doordat onze organisatie beschikt over een mooi en sterk team, kunnen we hier ook iets extra’s in betekenen.”

Pieter vervolgt: “Maar misschien ben ik nog wel het meest trots op het feit dat we door de realisatie van onze unieke eigen producten bepalend zijn in de markt. Daardoor kunnen we grotendeels zelf bepalen hoeveel planten we verkopen, aan wie en voor welke prijs.”

De toekomst

“Mijn zoon is pas 16 jaar maar heeft zichzelf inmiddels wel al geprofileerd als beoogd bedrijfsopvolger. Hij heeft veel interesse in het reilen en zeilen van de kwekerij en werkt al veel mee in zijn vrije uren. Dus ook de vierde generatie lijkt al klaar te staan”, lacht Pieter.

Op de vraag hoe die toekomst eruit ziet antwoord Pieter: “Dat is nu nog lastig te zeggen. Ik ben zelf als voedselproducent begonnen en uiteindelijk uitgegroeid tot plantenproducent. Maar ik zie mijn zoon zomaar de omgekeerde weg bewandelen.”
“Ik vind namelijk dat de huidige generatie het belang van goed en voldoende voedsel teveel voor lief neemt. Er is veel negatieve aandacht voor de agrarische sector en met name de voedselproducten.”

“Blijkbaar is het inmiddels vanzelfsprekend dat wij momenteel voldoende eten hebben. Ik voorzie dat die tendens de komende jaren en decennia nog wel gaat veranderen, waardoor het imago en de focus in de agrarische sector zomaar weer kan verschuiven.”

“Mede door die onvrede ben ik twee jaar geleden voorzitter geworden van LLTB-regio Noord-Limburg. Ik vind dat de sector ondergewaardeerd wordt door veel instanties en dat moet veranderen! Hopelijk kan ik vanuit mijn passie een steentje bijdragen om het imago van de sector wat te verbeteren”, besluit Pieter.